09-09-2017 Tussen het Paleis Noordeinde en de Koninklijke Stallen in staat het Koninklijk Huisarchief. In het markante gebouw, zichtbaar vanaf de Paleistuin, zijn de Koninklijke Verzamelingen gehuisvest. De verzamelingen van het Huis Oranje-Nassau waren eind 19e eeuw verspreid over meerdere locaties in Den Haag. Koningin Emma besloot in 1891 om de particuliere archieven, bibliotheek, kunstverzamelingen en andere collecties op één plek samen te brengen. Het idee voor het Koninklijk Huisarchief was geboren.

 
huisarchief vooraanzicht
 

Plannen

Het vooruitstrevende plan van koningin Emma om het archief, de bibliotheek en een museum onder één dak te verenigen, vergde nog wel enige overredingskracht. A.C. baron Snouckaert van Schauburg, sinds 1891 directeur van het Huisarchief, stuurde op 16 april 1892 een nota aan de intendant der koninklijke paleizen en bouwkundig adviseur van Emma, jonkheer Hoeufft van Velzen, waarin hij de noodzaak van een gebouw voor het Huisarchief en de bibliotheek benadrukte: ‘Daar de beide inrichtingen groote waarde bezitten, de eerstgenoemde [het Huisarchief] van onschatbare waarde is, zal het wel overbodig zijn, de noodzakelijkheid van dien aanbouw aan te toonen, vooral om een einde te maken aan den toestand, waarin het Koninklijk Huisarchief sinds jaren verkeert’. Hoeufft van Velzen maakte een ontwerp voor het nieuwe Huisarchief. Om de Voogdijraad te overtuigen, aan wie koningin Emma al haar plannen moest voorleggen, nodigde zij de leden uit het uitpuilende en brandgevaarlijke huis Fagel aan het Noordeinde 138/140, waar het familiearchief op dat moment gehuisvest was, en de bibliotheek op Paleis Noordeinde te bezoeken.

Ontwerptekening van de voorgevel van het Koninklijk Huisarchief

Asymmetrisch gebouw

De Voogdijraad was niet overtuigd van de plannen en verzette zich vooral tegen een vorstelijke bibliotheek. Emma veranderde daarom haar strategie en presenteerde in 1895 een plan voor een asymmetrisch gebouw waarbij overduidelijk een rechterdeel ‘miste’. De Voogdijraad was dit vast ook opgevallen. Discussies bleven echter uit en op 1 december 1897 werd alsnog begonnen met de bouw van het missende rechterdeel. Tot de dag van vandaag is de bibliotheek hierin gehuisvest.

troffel1

Hoe moet dat nu?

Op 30 oktober 1896 plaatste koningin Wilhelmina een gedenksteen in de noordwand in aanbouw. Op de steen staat gebeiteld: “Hare Majesteit Koningin Wilhelmina plaatste dezen steen in tegenwoordigheid van Hare Majesteit Koningin Emma, Regentes van het Koninkrijk, bij den bouw van het Koninklijk Huisarchief, 30 october 1896”. Zij gebruikte hierbij een zilveren troffel die prins Alexander, zoon van Willem II, ook al had gebruikt bij de eerstesteenlegging van de Cavaleriekazerne op de vlakte van Schuddegeest op 2 augustus 1842.

De steenlegging verliep niet vlekkeloos. Men was namelijk in eerste instantie vergeten de oorkonde in loden koker achter de steen in te metselen. Volgens een ooggetuigenverslag van baron Snouckaert, vroeg de koningin: ‘Hoe moet dat nu?’. De steen werd simpelweg weer losgemaakt, de koker alsnog geplaatst, waarna de koningin de steen voor de tweede keer ervoor zette.

steen
bibliotheek5

Moderne inzichten

Het Koninklijk Huisarchief sloot aan bij de laatste ontwikkelingen op het gebied van archiefbouw. Het voldeed aan de nieuwste eisen voor archiefbewaarplaatsen zoals brandveiligheid, beveiliging tegen inbraak, snelle en efficiënte bereikbaarheid van stukken en goede conservering. Om informatie in te winnen over de toepassing van deze moderne inzichten, bezocht Hoeufft van Velzen verscheidene archiefbewaarplaatsen in Nederland, Duitsland en Frankrijk. Koningin-regentes Emma was intensief bij de plannen betrokken en wilde dan ook precies op de hoogte gebracht worden van zijn bevindingen.

Het archiefdepot, inclusief de roostervloeren, werd geconstrueerd uit smeed- en gietijzer. Brandvrije deuren scheidden de dienstruimten van de depots. Door bijna het gehele gebouw werd centrale verwarming aangelegd en voor verlichting werd elektriciteit gebruikt. Met twee boekenliften konden archiefstukken en boeken gemakkelijk naar boven en beneden gehesen worden. In de bibliotheekzaal werden dichte prentenkasten met schuifladen langs het middenpad geplaatst zodat de 10.000 prenten liggend geborgen konden worden. Ook voor de fundering van het Huisarchief werd een moderne toepassing gebruikt: gewapend beton.

Koninklijk Huisarchief in aanbouw

Het interieur

De geschiedenis van het huis Oranje-Nassau is niet alleen terug te vinden in de archieven en collecties, maar ook in interieurdecoraties in het corps-de-logis. Waar bij de vleugels en de depots is gekozen voor de functionaliteit, kan het centrale deel met trappenhuis met de bijbehorende ruimten als visitekaartje worden gezien met borstbeelden, wapens en schilderijen van diverse stadhouders en koningen. Opvallend is het gebrandschilderde raam halverwege de bordestrap. Hierop staat het stamslot te Dietz afgebeeld, omgeven door de kwartieren van koningin Wilhelmina. Het ontwerp was van de schilder A.H. Trautwein (1851-1919) die later ook meewerkte aan de schilderingen op de Gouden Koets. De verschillende geslachtswapens zijn nader uitgelegd op onderstaand ontwerp voor de plaatsing van wapens.

raam
ontwerpraam
schatkamer

Schatkamers

De bordestrap leidt naar de schatkamers. Aan weerszijden vinden we de Miniaturenkamer en de Kunstkastenkamer. De portretminiaturen die in de Miniaturenkamer bewaard worden, behoren tot de belangrijkste miniaturencollecties ter wereld. Op de site van het Koninklijk Huis is eerder een kleine virtuele miniaturententoonstelling gepubliceerd. In de Kunstkastenkamer staan bijzondere kasten, zoals de Pulchri Kast en de Bijbelkast.

In het midden bevindt zich het zogenaamde familiemuseum. Ook in het museum refereren symbolische schilderingen in ramen en de plafondschildering van W. Martens aan de geschiedenis van het huis Oranje-Nassau. Bijzonder is dat het oorspronkelijke museummeubilair nog aanwezig is én gebruikt wordt. In het museum is een diversiteit aan schilderijen, kunstvoorwerpen, historische objecten, foto’s, prenten, tekeningen, boeken en archiefstukken te zien. Bij de inrichting werd een chronologie aangebracht, die er nu nog steeds is. Zo kun je in de wandvitrines kledingstukken en andere objecten van de laatste stadhouder, koningen en koninginnen zien, beginnend bij twee Windsor-uniformen van stadhouder Willem V en eindigend met een exemplaar van de Grondwet gebruikt bij de inhuldiging van koning Willem-Alexander.

museum3
restauratieatelier

Veranderende functies

Hoewel dus veel in originele staat is gebleven, zijn de kamers wel van functie veranderd in de loop der jaren. Zo werd vroeger het souterrain bewoond door de conciërge. Nu zijn hier o.a. werkruimten en een restauratieatelier gehuisvest.

De huidige werkkamer van de directeur was ooit de kamer van de koningin. Hier was ook de miniaturencollectie opgesteld. In 1991 verhuisde de toenmalige directeur naar de huidige werkplek. De oude directeurskamer wordt sindsdien gebruikt door de archivisten. Deze kamer staat in verbinding met de archiefbewaarplaatsen wat het halen van stukken vergemakkelijkt.

directeurskamer2
uitbreiding

Onzichtbare uitbreiding

Al bij de bouw van het Huisarchief was één van de vereisten dat het gebouw geheel vrijstaand moest zijn. Dit met het oog op de mogelijkheid tot uitbreiding. In de jaren 1995-1998 werd uiteindelijk een uitbreiding gerealiseerd. Niet zichtbaar voor het oog, want ondergronds. Aan de kant van de archiefvleugel werden twee goed geklimatiseerde bewaarplaatsen naar de eisen van deze tijd gebouwd, naar een ontwerp van Van Hoogevest Architecten. De depots werden enkele meters onder het Huisarchief doorgetrokken zodat het oude gebouw en de depots met elkaar verbonden werden. In dit schakeldeel is een liftschacht aangebracht. De depots zijn zowel met trappen als met een lift te bereiken. Boven de depots is een nieuwe tuin aangelegd. De start van de nieuwbouw in 1995 werd gemarkeerd door prins Claus, die de eerste spade in de grond stak. Hij gebruikte hierbij een mahoniehouten kruiwagen en spade met zilveren beslag die door de zoon van Willem III al eens gehanteerd waren bij de aanleg van de Nieuwe Waterweg.

depot1
Depot Kunst  - foto Maarten Schuth

Koninklijke Verzamelingen vertellen het verhaal

Inmiddels heeft het Koninklijk Huisarchief primair een kantoorfunctie. Dagelijks houden de archivarissen, bibliotheekmedewerkers en kunstconservatoren zich samen met de andere medewerkers bezig met het conserveren, behouden en ontsluiten van de collecties van het Huis Oranje-Nassau. Een klein deel van de Koninklijke Verzamelingen staat tentoongesteld in het Familiemuseum, dat nog steeds ingericht is volgens het concept van koningin Emma. Men loopt als het ware langs de stamboom die in de vitrines staat opgesteld aan de hand van objecten. Alleen op aanvraag is het mogelijk om het Koninklijk Huisarchief te bezoeken. Maar omdat de Koninklijke Verzamelingen behoren tot de meest mobiele collecties van Nederland, kunt u door heel het land van de in bruikleen gegeven objecten genieten. De objecten uit de Koninklijke Verzamelingen illustreren in hun onderlinge samenhang en in combinatie met de schriftelijke bronnen samen aspecten van het boeiende verhaal over de Oranjes. Zo borduren de Koninklijke Verzamelingen voort op het gedachtegoed van koningin Emma dat intussen al meer dan een eeuw levensvatbaar blijkt.

Virtuele tour

Wilt u het familiemuseum van dichtbij bekijken? Dat is mogelijk, via Google Street View kunt u het Familiemuseum van het Koninklijk Huisarchief nu ook virtueel bezoeken (de link van Google Street View werkt helaas niet in Safari).